Als je webteksten schrijft is het handig om te letten op het gebruik van zoekwoorden.
Hoe doe je dat?
Keywords of zoekwoorden zijn de zoektermen waarmee je website in zoekmachines als Google gevonden wordt. Er is een kleine industrie ontstaan rond SEO, search engine optimalisation. Maar je kunt zelf ook een heel eind komen.
Voor je aan de gang gaat, lees zeker eerst dit artikel met 13 tips voor het schrijven van webteksten! De laatste tip ging over keywords, daar gaan we nu mee aan de gang.
Stap 1: Bedenk keywords voor je site.
Verplaats je in de potentiële bezoeker van je site: bedenk welke zoekwoorden ze zullen gebruiken om op jouw site terecht te komen. Dit zijn namelijk de keywords die voor jouw site belangrijk zijn.
Stel, je hebt een site over zoekmachine optimalisatie. In het ideale geval zal iedere keer als iemand zoekt naar “zoekmachine optimalisatie” jouw site bovenaan staan. Dit zijn dus de keywords waarop je je gaat richten. Iedere pagina in je website zal andere keywords hebben. Bedenk voor iedere afzonderlijke pagina de keywords die de inhoud ervan het best beschrijven.
Noot: Google houdt niet van overdreven herhaling, maar van het zo juist mogelijk indexeren van websitepagina’s. Help zoekmachines daarbij.
Trucjes zijn gevaarlijk: Google doet er alles aan om misbruik tegen te gaan.
Vroeger hadden bijvoorbeeld veel sekssites de truc om het complete woordenboek op te nemen in hun website. Op welk woord je ook zocht, je kwam bij hen terecht. Dat werkt niet meer, Google straft je nu voor zulke trucs door je compleet uit de zoekresultaten weg te bannen, en eenmaal op de zwarte lijst kom je er niet zomaar meer van af.
Zorg ervoor dat het aantal keywords uit minstens twee zoekwoorden bestaat en probeer zoveel mogelijk varianten te vinden. In het bovenstaande voorbeeld kun je naast “zoekmachine optimalisatie” ook denken aan “website SEO”, “website optimalisatie” en “website optimaliseren voor zoekmachines”.
Wees creatief en verplaats je in je potentiële bezoekers.
Een beetje tegengesteld aan voorgaand voorbeeld: Kies geen keywords die te algemeen zijn. Het is zonde van je tijd en inspanning om met te algemene keywords aan de slag te gaan, de zoekterm “SEO” of “search engine optimization”, zijn zo algemeen dat het je hoogstwaarschijnlijk niet gaat lukken om daarmee een hoge ranking te krijgen. Er zijn simpelweg teveel sites die hetzelfde proberen. Op “SEO Eindhoven” zal het echter al makkelijker worden.
Om een zo groot mogelijke kans te hebben dat je site gevonden wordt voor een bepaalde zoekopdracht is het belangrijk om verschillende variaties van je keywords in de tekst verwerkt. Dus, naast “website optimalisatie” ook “website optimaliseren”. Soms loont het ook de moeite om typefouten op te nemen.
Stap 2: Implementeer de zoekwoorden
De kunst is om je zoekwoorden nu in je teksten op te nemen. Het belangrijkste daarbij is de inhoud van de teksten! Ga dus niet willekeurig overal zoekwoorden droppen. Je tekst moet fijn leesbaar blijven, of liever gezegd: Je tekst moet fijner leesbaar worden doordat het gebruik van bepaalde (zoek)woorden de lezer helpen om de tekst sneller te begrijpen!
Vroeger diende je je keywords op te nemen in je metatags. Als je niet weet wat metatags zijn, dat is niet zo’n probleem. Enkele zoekmachines werken nog wel met metatags, maar voor de allerbelangrijkste, Google, maakt het niet meer uit. Alleen de metatags description en title maken nog veel verschil, waarover later meer.
Google kijkt simpelweg welke woorden er in je webteksten staan. Als een bepaald woord vaker gebruikt wordt in een tekst, dan zal die pagina daar wel over gaan.
Aan het ene woord wordt meer belang toegekend dan aan het andere. Bijvoorbeeld omdat dat woord in een grote kop voorkomt. Een zin met H1 tags (in html: <h1>dit is een tekst met H1 tags</h1>) is belangrijker dan H2, en die is weer belangrijker dan een gewone paragraaf.
Noot: gebruik een H1 tag maar één keer per pagina, bij meerdere H1 tags gaat Google je minder aardig vinden omdat ze het vinden neigen naar misbruik. Vergelijk het maar met iemand die elke zin uitspreekt met dertig uitroeptekens, daar luister je ook al snel niet meer naar.
Andere zaken waar naar wordt gekeken zijn onder andere hoeveel links er van andere websites naar jou linken, en welke woorden er in die links gebruikt worden. Probeer dit te sturen.
Wat Google ook bekijkt is welke titel je webpagina heeft. Daarmee bedoel ik niet die H1 tag bovenaan je tekst, maar de titel die je in je metatags voor je pagina hebt opgenomen.
Op volgorde van belangrijkheid: Keywords die in domeinnamen, links, paginatitels, kopjes, bestandsnamen, alt-teksten van plaatjes of dikgedrukte teksten verwerkt zijn, worden door Google als belangrijker gezien dan zomaar tekst.
Stap 3: Voeg een paginatitel toe
Tenslotte nog wat uitleg over metatags, die dingen waarvan we net nog zeiden dat ze nauwelijks belangrijk zijn.
Misschien werk je in een WYSIWYG webeditor of CMS. Een programma wat een gelijkenis vertoont met een normaal Word-document, en waar je dus niet tegen html-code staat aan te kijken. Voor de metatags is het toch handig om wel even in de code te duiken. (bijvoorbeeld door je html-document in notepad te openen)
Als je dat doet, zie je bovenaan de webpagina deze html-code staan:
<head>
Tussen <head> en </head> kun je metatags plaatsen. Metatags zijn aanwijzingen voor zoekmachines.
Er is er maar één waar we nu naar kijken: de title (technisch gezien eigenlijk een html-tag en geen metatag, maar dat is niet van belang).
De titel kun je plaatsen tussen <title> en </title>. Dit is het korte zinnetje of de paar woorden die je te zien krijgt in de tabs van je browser, en die je de aanklikbare link vormen in de zoekresultaten. Als je iets opzoekt in Google, krijg je op de zoekresultatenpagina niets anders te zien dan een pagina vol titles met daaronder de descriptions. Vul dus een mooi aanlokkelijk zinnetje in, max 100 karakters, een andere titel bij elke pagina. Maak gebruik van de zoekwoorden die je in stap 1 hebt bedacht, maar zorg wel dat het leesbaar wordt.
Bijvoorbeeld:
<!DOCTYPE HTML PUBLIC “-//W3C//DTD HTML 4.0 Transitional//EN”>
<html xmlns=”http://www.w3.org/1999/xhtml” xml:lang=”en” lang=”en”>
<head>
<meta http-equiv=”content-language” content=”nl” />
<meta name=”keywords” content=”Darelings, webteksten, schrijven”/>
<meta name=”robots” content=”index,follow” />
<meta name=”publisher” content=”www.denes.nl” />
<meta name=”copyright” content=”Copyright 2010 Darelings” />
<meta name=”revisit-after” content=”2 weeks” />
<meta http-equiv=”imagetoolbar” content=”no” />
<link rel=”stylesheet” type=”text/css” href=”http://www.darelings.nl/css/red.css”/>
<link rel=”shortcut icon” href=”/favicon.ico”/>
<title>Darelings | 13 tips voor het schrijven van webteksten</title>
</head>
Wil je meer weten over metatags? Je kunt hier alles tot in detail lezen.